Landbouwnormen bieden vrijheid in gebondenheid
De belastingdienst beklaagt zich over het feit dat agrarische ondernemers – lees hun adviseurs – te vaak afwijken van de landelijke landbouwnormen en dit dan ook nog niet tot nauwelijks voldoende gemotiveerd doen. Deze afwijkingen doen zich volgens de belastingdienst vooral voor bij afschrijvingen van bedrijfsmiddelen en bij voorraadwaarderingen. Het aantal afwijkingen is mij niet bekend, maar de vraag is enerzijds of het beklag van de belastingdienst terecht is en anderzijds of zoveel belastingplichtigen wel terecht afwijken.
De landbouwnormen worden sinds 1992 in overleg tussen het landbouwbedrijfsleven en de belastingdienst vastgesteld. Deze normen bevatten vooral waarderingsmaatstaven voor de vaststelling van de balanswaarde van gebruiks- en verbruiksvee, gebouwen, machines alsmede de voorraden en veldinventaris. Op zich zelf zijn de gezamenlijk vastgestelde normen uniek. In geen enkele andere sector bestaat een vergelijkbaar samenspel tussen de ondernemer, de fiscale adviseur en de belastingdienst.
De landbouwnormen zijn beleidsregels in de zin van de Algemene Wet Bestuursrecht. Daardoor is de belastingdienst gehouden de normen toe te passen bij de beoordeling van de onderdelen van de belastingaangifte. Gezien de klaagzang van de belastingdienst, gaat zij er vanuit dat ook de belastingplichtige in belangrijke mate is gebonden aan deze waarderingsmaatstaven.
Natuurlijk is dit wel de gedachte achter de vaststelling van de landbouwnormen. De normen zijn een product van het overleg dat het georganiseerde landbouwbedrijfsleven en de belastingdienst jaarlijks met elkaar voeren. Het zijn geen door de belastingdienst opgelegde normen. Deze gedachte is ook neergelegd in de belastingaangifte. Verondersteld wordt dat de landbouwnormen worden aangehouden en wanneer dit niet het geval is, moet dit in de belastingaangifte worden aangegeven. Daartoe is in de belastingaangifte een specifieke vraag opgenomen. Waar dan vervolgens uitsluitend een kruisje kan worden gezet. Een nadere toelichting kan in de aangifte niet worden gegeven. Dat is dan wel weer merkwaardig. Als de belastinginspecteur de aangifte gaat controle komt hij het dit kruisje tegen en dat moet hem er toe aanzetten om een nadere toelichting te vragen. Is de belastinginspecteur het niet met de afwijking eens dan moet de ondernemer zijn gelijk halen via bezwaar bij de belastingdienst zelf en vervolgens beroep bij de belastingrechter.
Het is een misverstand van de zijde van de belastingdienst wanneer zij meent dat de agrarisch ondernemer op dezelfde wijze aan de landbouwnormen is gebonden als zijzelf. Het staat een ondernemer vrij hiervan af te wijken als hij hiervoor hele goede redenen heeft. Dat misverstand bestaat natuurlijk niet. De belastingdienst weet heus wel hoe het in elkaar zit. De belastingdienst slaakt hier een “crie de coeur”, een hartenkreet. Immers het opstellen van landbouwnormen heeft vanzelfsprekend alleen zin wanneer veruit het grootste deel van de ondernemers deze normen ook als uitgangspunt neemt bij de jaarlijkse winstbepaling.
De landbouwnormen vormen een evenwichtig systeem van normen en waarden. Bij het vaststellen van de normen is met heel veel aspecten rekening gehouden. Er zit meer achter dan wij wellicht geneigd zijn te denken.
Daarom is het uitgangspunt van de opstellers ook dat je hiervan pas mag afwijken als daartoe echte argumenten in een individuele situatie aanwezig zijn. Dit uitgangspunt maakt dat een belastingplichtige of zijn adviseur van te voren goed moet bedenken of het de moeite waard is om van de normen af te wijken. Want wanneer je afwijkt – je plaatst dat kruisje – leg je jezelf als belastingplichtige onder een vergrootglas. Je vraagt immers de aandacht van de belastinginspecteur. En die kijkt naar de specifieke afwijking maar wellicht ook wel naar andere zaken. Nu hij immers toch de belastingaangifte voor zich heeft liggen! Dat heb je wellicht liever niet.
Een kruisje is zo gezet maar een procedure is niet zo gewonnen. Zeker niet als de bewijslast bij de belastingplichtige ligt. Dus bezint eer je begint!
mr. E. Marcus RB