• Home
  • Profiel
  • Advieswereld
    • Agrarisch recht
    • Bedrijfsopvolging en bedrijfsbeëindiging
    • BTW en overdrachtsbelasting
    • Bijstand in fiscale procedures
    • Conflictbemiddeling en arbitrage
    • Estate planning
    • Ondernemingsrecht
    • Optimalisering en herstructurering ondernemingen
    • Schenk- en erfbelasting
  • Werkwijze
  • Publicaties
  • Team
  • Vacatures
  • Contact
  • Zoek
  • Menu Menu

De weinig zakelijk gebruikte auto kan verplicht privévermogen zijn

Als u een personenauto heeft waarmee u zowel voor het bedrijf als voor privé rijdt, heeft u in beginsel de keuze om de auto fiscaal op het bedrijf te zetten of in privé te houden. Staat de auto op het bedrijf dan lopen alle kosten, afschrijvingen en de btw via het bedrijf. Fiscaal en financieel kan dat aantrekkelijk zijn. De fiscus betaalt een deel van de autokosten mee. Wel betekent dit dat de fiscus ook vindt dat de auto een stukje inkomen voor u is waar dan weer belasting over moet worden betaald. De belastingrechter heeft onlangs beslist dat er geen keuze bestaat en dat de auto verplicht privévermogen is wanneer het aantal gereden privékilometers op jaarbasis 90% of meer bedraagt van het totale gebruik.

Keuzevermogen

Wanneer u als ondernemer iets koopt geldt hiervoor dat het of verplicht ondernemingsvermogen of verplicht privévermogen of keuzevermogen is. Een melkinstallatie is verplicht ondernemingsvermogen en een schilderij in de slaapkamer is verplicht privévermogen. Maar koopt u iets dat zowel voor het bedrijf als voor privé wordt of kan worden gebruikt – zoals dus bijvoorbeeld een personenauto – dan is er sprake van keuzevermogen. Bij keuzevermogen heeft u binnen bepaalde grenzen de mogelijkheid om zelf te kiezen of de aankoop bedrijfsvermogen of privévermogen wordt. Door de jaren heen zijn er al veel procedures geweest over deze keuze en in de toekomst zal dit waarschijnlijk niet anders zijn. Daarbij geldt dat er een tweedeling moet worden gemaakt. Tussen enerzijds de keuze tussen keuzevermogen en verplicht bedrijfsvermogen en anderzijds de keuze tussen keuzevermogen en verplicht privévermogen. De grenzen worden niet op dezelfde wijze bepaald blijkt uit een recente belastingprocedure.

Auto als keuzevermogen

In een procedure waarin de belastingrechter op 18 augustus 2023 uitspraak deed ging het om de afbakening tussen keuzevermogen en verplicht privévermogen. Daardoor was een andere uitspraak van een belastingrechter waar in de procedure een beroep op werd gedaan, niet van toepassing. Die uitspraak zag op de afbakening tussen keuzevermogen en verplicht bedrijfsvermogen. Wat was er aan de hand? Een ondernemer heeft een personenauto tot het bedrijfsvermogen gerekend. Hij reed echter maar zeer weinig in deze auto. Jaarlijks werd er ongeveer 22.000 km met de auto gereden maar hiervan waren maar 1.453 kilometers zakelijke kilometers. De belastinginspecteur stelt zich daarom op het standpunt dat de auto tot het verplichte privévermogen behoort. Bij de rechtbank verliest de belastinginspecteur het, maar in hoger beroep en nadien ook bij de hoogste belastingrechter, krijgt de belastinginspecteur gelijk.

Het criterium

De rechtbank oordeelde dat de ondernemer aannemelijk heeft gemaakt dat hij de auto in enige mate zakelijk heeft gebruikt. Daarbij paste zij het criterium toe dat als een auto voor meer dan 500 kilometers per jaar voor het bedrijf is gebruikt, de auto tot het keuzevermogen mocht wordt gerekend en dat de ondernemer de keuze mocht maken om de auto op het bedrijf te zetten. Het gerechtshof en daarna de hoogste belastingrechter de hoge Raad zet hier een dikke streep door. Dit criterium geldt volgens de rechter bij de afbakening keuzevermogen en bedrijfsvermogen. Nu het hier gaat om de afbakening tussen keuzevermogen en privévermogen geldt een ander criterium We moeten nu kijken of de auto uitsluitend of nagenoeg uitsluitend (voor 90% of meer) privé wordt gebruikt. En dus voor minder dan 10% zakelijk. De ondernemer reed maar 1.453 zakelijke kilometers per jaar. Op een totaal van 22.000 kilometers was dat minder dan 10%. De auto behoort daarom verplicht tot het privévermogen. Daardoor was er geen keuze te maken en werd de aangifte van de ondernemer op dit punt gecorrigeerd.

Wanneer u dus weinig zakelijke ritten rijdt is het extra belangrijk om goed bij te houden welke ritten dit zijn. Elke rit is er één en kan u over de drempel helpen indien u er voor heeft gekozen om de auto op het bedrijf te rijden.

mr. Erik Marcus RB- Remie Fiscaal Juridisch Adviesbureau B.V. – Uden
e.marcus@remie.nl

Publicaties

  • De ene belasting is de andere belasting niet.mei 23, 2025 - 2:59 pm
  • Fiscale gevolgen leiden wel/niet tot afzien vrijwillige opkoopregelingapril 30, 2025 - 1:32 pm
  • Aanval op cultuurgrondvrijstelling in de overdrachtsbelastingmaart 20, 2025 - 1:31 pm
  • Massaal bezwaar belastingrente bij de B.V.maart 20, 2025 - 1:27 pm
  • Is een drastische inperking van de cultuurgrondvrijstelling in de overdrachtsbelasting in de maakmaart 20, 2025 - 1:15 pm
  • De overdrachtsbelasting als spelbrekerfebruari 25, 2025 - 6:14 pm
  • De oudedagreserve als fiscale valkuilfebruari 25, 2025 - 6:04 pm
  • HR inzake erfpachtfinancieringjanuari 15, 2025 - 1:31 pm
  • Eindejaarstips 2024december 10, 2024 - 4:30 pm
  • De belastingrente is veel te hoognovember 16, 2024 - 11:53 am

Remie FJA – Liessentstraat 3, Postbus 779, 5400 AT Uden, Nederland
Bel: +31 0413 – 24 10 60 | Mail: info@remie.nl

  • Link naar Facebook
  • Link naar LinkedIn

© Remie BV – Site door: De Heeren van Vonder | Privacyreglement | Disclaimer | Algemene voorwaarden

Hoe bepaal ik of ik moet deelnemen aan de LBV/LBV-plus-regeling?LBV+ en LBV: meetekenen echtgeno(o)t(e)?
Scroll naar bovenzijde